Boeken

Verloren vrouw

Djenna Brank is niet wie zij denkt dat ze is. En als ze na een nacht veel te heftig stappen wakker wordt ligt ze naakt in bed bij een wildvreemde man. Ze weet helemaal niet meer wie ze is. Ze is alles kwijt, haar bankpas, haar identiteitsbewijs, haar mobiel, haar onderbroek en haar geheugen. De man naast haar is Luc Beaumann, een ouderwetse oplichter. Hij heeft haar bewusteloos op straat gevonden en meegenomen, hij zorgt ervoor dat ze weer opknapt. En dan begint de ellende. Wie is ze? Wat doet ze? Waar komt ze vandaan? Hoe meer ze opknapt, des te meer angstaanjagende dingen ze over zichzelf ontdekt. Ze dacht dat ze een slachtoffer was, maar misschien is zij zelf wel de dader van een veel groter misdrijf. Djenna Brank is meer dan een moderne vrouw, zij is de mens van de toekomst.

Spijt

Hij en Zij zijn de naamloze hoofdpersonen in Spijt, ze zijn onafscheidelijk tot hij haar verlaat. Zonder iets te zeggen, zonder enige aankondiging. Hij vertrekt voor een conferentie en verdwijnt, zijn verdwijning heeft hij jarenlang voorbereid en zo laat hij haar in totale ontreddering achter. Het is niet iets wat ik zou doen, het is de uitwerking van een idee, van een geheime wens om alles achter je te kunnen laten en onvindbaar te zijn, aan de andere kant van de wereld met een nieuwe naam het leven te leven waarvan je hoopt of denkt dat het er zou moeten zijn. Hij doet dat en vindt iets heel anders.

Gestolen

Mark steelt, hij heeft de neiging om onbewaakte dingen ongemerkt in zijn zakken te laten verdwijnen. Ik zal niet zeggen dat ik dat ook doe, maar ik herken de neiging wel degelijk. Mark loopt op een hellend vlak, hij steelt mobieltjes en pennen en hij steelt tijd. Als je daarmee begint, raak je alle houvast kwijt, dan verloopt de tijd niet meer zoals je gewend bent. Dat is gevaarlijk, en daarom waarschijnlijk extra prettig. Gestolen tijd is mooie tijd. Zolang het duurt.

Bot

Bas Pantier is een jongen naar mijn hart. Technisch hyper-begaafd en tot over zijn oren verliefd op een Chinees-Nederlandse vrouw die net zo’n nerd is als hij zelf. Bas is de hoofdpersoon in BOT en hij begrijpt alles wat ik niet begrijp in of aan de digitale wereld. Hij leeft in code en met code, met formules. Elk probleem is terug te brengen tot een formule en pas als dat is gelukt, lost het op. Behalve zijn ouders, die weten niet eens wat code is. En behalve T-Li, die doorziet zijn formules al voordat hij ze zelf heeft bedacht. Elk systeem heeft zijn grenzen. In BOT komt de 5^de dimensie (de digitale dimensie) hard in aanraking met de ouderwetse analoge wereld.

De erfgenaam

Breder Weltmann heeft een heel andere achtergrond dan ik. Hij is puissant rijk omdat zijn grootvader en zijn vader de centen bijzonder goed bij elkaar hebben geharkt. Zelf heet Breder nog geen dag gewerkt in zijn leven, tenzij je investeren, beleggen en handelen in aandelen ook als werk beschouwt. Dat kan, als je voldoende aandelen hebt is het nog een heel gedoe, maar het wordt nooit zo zwaar als het sjouwen met kolen. Dat hoeft ook niet, tot de kolensjouwers uit het verleden genoegdoening eisen. Dat overkomt Breder Weltmann en hij ontdekt dat hij veel verder kan gaan dan hij ooit voor mogelijk had gehouden (ben ik ook zo?). Hij ontdekt een harde agressieve kern in zichzelf die het verdient om nog een keer terug te komen in een volgend boek (wie weet?). De erfgenaam is mijn beste-boek-dat-nooit-een-prijs-won. Die moet je ook hebben.

Het vergeten verhaal van een onwankelbare liefde in oorlogstijd

Samen met Anneloes Timmerije schreef ik dit hartverscheurende waargebeurde verhaal van een jong echtpaar dat door de Tweede Wereldoorlog uit elkaar wordt gehaald. Zij blijft in Batavia, Indonesië, en hij wordt met zijn squadron naar Australië gestuurd om nieuwe vliegtuigen op te halen. Nog voordat ze daar aankomen, valt Nederlands Indië voor de Japan en kan hij niet meer terug.

Ik ben koopman

Een kroniek van de beroemde Nederlandse ondernemersfamilie Fentener van Vlissingen, traceert hun ontwikkeling van eind 16^de eeuw tot nu. Dit is geen fictie, het is allemaal waargebeurd. Intrigerend portret van een fascinerende familie met een ongehoord talent voor zaken doen

De Vriend

Emma lijkt in zoverre op mij dat ze er het beste van probeert te maken in een hopeloze situatie. Haar werk is eigenlijk heel gewoon, ze tolkt Servisch-Kroatisch-Nederlands, maar het is zo geheim dat zelfs haar vriendinnen niet weten wat ze doet. Bovendien is ze bang dat die vriendinnen het stom zullen vinden dat ze voor de politie werkt. Mensen hebben daar vreemde ideeën over. Emma vindt het juist heerlijk, tot het fout gaat. In De vriend komen afluisteren, paranoia en beklemmende veiligheid bij elkaar. Vrijheid is ver te zoeken, tot Emma leert dat ze haar eigen grenzen moet trekken. En bewaken. Daarin lijken Emma en ik weer wel op elkaar.

Wachtwoord

Michael Bellicher gaat op zoek naar zijn verdwenen vriendin, Guusje van Donee. Zij is spoorloos en hij is radeloos. Maar wat is spoorloos in deze tijd? Camera’s registreren wat er op straat gebeurt, mobiele telefoons zijn overal traceerbaar, elke transactie is digitaal en dus te volgen. Samen met zijn schoonmoeder, een bejaarde new age space invader, volgt Bellicher het spoor, naar het oosten, naar de Oekraïne. Guusje is in handen gevallen van de Oost-Europese maffia gespecialiseerd in prostitutie en vrouwenhandel en voordat Bellicher haar vindt, wordt hij zelf diep de ellende ingesleurd. Een donker en ontwrichtend einde van een trilogie over de manieren waarop je identiteit kan worden misbruikt, gestolen of kapot gemaakt.

Cel

Michael Bellicher is terug en won zijn tweede Gouden Strop (de derde voor mij). Deze keer is zijn identiteit echt gestolen. Hij wordt opgepakt door de politie omdat hij een dodelijk ongeluk heeft veroorzaakt en is doorgereden. Hij blijkt ook een huis te hebben gekocht ergens tussen de kassen van het Westland. Zijn naam circuleert in een crimineel circuit en hij weet nergens iets van. Hij is afhankelijk van zijn advocate, Guusje van Donee (GVD voor vrienden). Zij is de enige die hem kan helpen. En Richard, natuurlijk, de zen-coureur met de enorme T-shirt-verzameling. De achtervolging van twee vier-bij-viers door de kassen is een klassieker.

Onmacht

In 2010 werd ik gevraagd om het geschenkboekje voor de Maand van het Spannende Boek te schrijven. Onmacht verscheen in een oplage van 860.000, de hoogste oplage ooit voor dat geschenkboekje. Bas is verliefd op Jessica, die hem niet ziet staan, en hij heeft een hekel aan Victor, zijn  stiefvader. Rutger, de broer van Jessica is verliefd op Ellen, de moeder van Bas, een total MILF. En zo loopt alles genadeloos uit de klauwen.

De macht van meneer Miller

Dit was de introductie van Michael Bellicher, communicatie- en managementconsultant, en het was het eerste boek van de Bellicher-trilogie: De macht van meneer Miller, CEL en Wachtwoord. Bellicher staat misschien wel het dichtst bij mijzelf. Ik was zelf ook communicatie- en managementconsultant, en dus kon ik ongegeneerd putten uit mijn eigen ervaringen in het bedrijfsleven. Hoe consultants omgaan met klanten en met elkaar, de genadeloze werk- en prestatiecultuur bij de grote bureaus en de druk die dat op mensen legt, ik had het allemaal paraat. Het idee voor De macht van meneer Miller had ik al veel langer, maar toen ik het samen met een vriend van me bedacht was het technisch nog niet mogelijk. Dat was pas zeven jaar later het geval en toen viel alles op zijn plek. Toch moest ik De macht van meneer Miller meerdere keren herschrijven voordat het allemaal klopte.
Met Michael Bellicher trok ik voluit het digitale tijdperk in: internet, communicatie, manipuleren van informatie, niemand die nog weet wat waar is en wat niet, dat is een uitgelezen speelveld voor een intelligente jongeman die snel kan denken en handelen. Heerlijk!

Angstval

Peter Kram is een onzekere twijfelende privé-detective. Zo zie ik mijzelf ook wel eens, de eenling die alles uitzoekt wat hij wil weten. Kram raakt verzeild in de vunzige gewelddadige wereld van seksslavinnen (een onderwerp dat later nog terugkomt in Wachtwoord) en bouwfraudes, van mannen die meisjes behandelen als gebruiksvoorwerpen. De ‘angstval’ staat wagenwijd open want voor je het weet ben je overal bang voor. Voor mij is het nog steeds een belangrijk boek, het was een ontdekkingsreis door het schrijven. Juist de strakke vorm van de privé-detective, met een beetje hard-boiled-stijl, was voor mij nieuw. Een boek als een popsong, dat wilde ik en dat is het geworden.

Schijn van kans

Matti van der Donk is fusie-consultant bij een kleine gespecialiseerde merchant bank. Daarmee was ik alweer veel dichterbij huis, ik heb zelf een paar jaar gewerkt als fusiemanager, dus ik had een aardig idee van de dwingende chaos die er op je afkomt als je van twee bedrijven één bedrijf moet maken. Nog beter was dat ik kon samenwerken met Aad Jacobs, ex-voorzitter van de raad van bestuur van de ING Groep en uitzonderlijk verhalenverteller. Wat hij vertelde hoefde ik bij wijze van spreken alleen maar op te schrijven. Met Jacobs kun je bovendien enorm lachen, dus het schrijven van het boek, of de voorbereiding daarvan, was een feest. Matti van der Donk reist naar Atlanta in Georgia, USA, om daar de fusie tussen een Nederlands en een Amerikaans bedrijf te redden uit de klauwen van onbetrouwbare concurrenten. Met Schijn van kans won ik voor het eerst de Gouden Strop.

Deal

Darob Dichter is verkoper bij een kleine leverancier van basismaterialen voor medicijnen. Met hem heb ik weinig overeenkomsten, ik ben helemaal niet commercieel, verkopen is niets voor mij (alhoewel ik wel eens drie dagen op een beurs heb gestaan voor Pioneer, maar dat is een ander verhaal). Darob moet het bedrijf van zijn baas, Jan Langfelder, zien te redden nadat het op een grandioze manier is opgelicht. In het boek kon ik een paar ‘echte’ verhalen kwijt. Hoe de buren van mijn ouders uit elkaar gingen, bijvoorbeeld. Hij pakte zijn koffer en zei: ‘Ik ga weg’, en zijn vrouw had niets zien aankomen. Prachtig. En de agenda met adresboekje die een vriendin van mij vond in een Parijse telefooncel (in de tijd voordat we mobiele telefoons hadden, ja, toen er nog telefooncellen waren) en het vreemde en beangstigende antwoord dat ze kreeg toen ze het nummer belde dat voorin stond. Dan begint er bij mij van alles in mijn hoofd.

Code 39

Jan Stegger is de zwaarlijvige Ford-Mondeo-rijdende hoofdpersoon in Code 39. Manager-directeur, no-nonsense type dat in niets op mij lijkt, behalve in zijn afkeer van moeilijkdoenerij. Stegger werkt voor de HECI (de Hollandse Elektronische Componenten Industrie) en wordt naar Dubai en Hongkong gestuurd om onverklaarbare problemen op te lossen. Voor mij was het boek DE aanleiding om zelf naar Dubai en Hongkong te gaan en er met eigen ogen te zien hoe het daar toe gaat. Voordat Hongkong werd teruggegeven aan China en ook voordat de grote bouw- en toerismeboom in Dubai losbarstte.

Jan Stegger kwam later terug in Stegger, een feuilleton in FemDeWeek dat een jaar heeft gelopen. Later kwam ik erachter dat een groot headhuntersbureau in de hoofdstad allen namen van de leden van de raad van bestuur van de HECI in hun database had ingevoerd, compleet met functies, omdat ze niet in de gaten hadden dat het fictie was. Erg leuk.

Claim

Ellen Brachman is de leading lady in dit verhaal. Ze is schadebehandelaar in de macho-wereld van zeevaart en zeeverzekering. Hoe dat in elkaar steekt, moest ik uitzoeken, zeeverzekering is een heel apart wereldje binnen de verzekeringen (‘Levensverzekering is geen verzekering, dat is staatjes lezen’ – mooie uitspraken). Net als Alex Duffield in mijn eerste boek is Ellen Brachman een professionele dienstverlener (ik blijf dichtbij huis), behalve dat zij natuurlijk een vrouw is. In Claim kwam ook voor het eerst de virtuele digitale werkelijkheid om de hoek. Ellen Brachman mocht het ontdekken.

Dump

Alex Duffield is mijn eerste held. Hij is een jongeman, headhunter van beroep, een professionele dienstverlener zoals ik zelf ook was. Een man met een netwerk in de moderne wereld (van toen, ook alweer meer dan twintig jaar geleden), maar met weinig zicht op de smerige zaken van zijn vader. In de ogen van Alex is de oude Duffield een keurige ondernemer. Als zijn vader overlijdt en hij zelf de leiding krijgt over het bedrijf ontdekt hij pas hoe verkeerd dat beeld is. Geen enkel volgend boek heb ik zo vaak en zo veel herschreven als dit boek. Dump heb ik oorspronkelijk in het Engels geschreven, maar het is nooit in die taal uitgegeven. Het is in het Nederlands vertaald door mijn broer Gideon.